Cannabis onder controle: Een gesprek met criminoloog Tom decorte
In een boeiend gesprek met de Cannabiskenners podcast deelt Tom Decorte, hoogleraar criminologie aan de Universiteit van Gent en co-auteur van het boek “Cannabis onder controle. Hoe?”, zijn inzichten over het huidige cannabisbeleid in België en internationaal. Decorte, gespecialiseerd in drugs en roesmiddelen, schetst een helder beeld van de historische scharniermomenten, de rol van internationale verdragen, en de paradoxale effecten van repressieve maatregelen.
De War on Drugs: Een Internationale Erfenis
Tom Decorte stelt dat de War on Drugs in feite een Amerikaanse uitvinding is die internationaal is uitgevoerd. Hij legt uit dat de Verenigde Staten, naast de bezorgdheid om de volksgezondheid, ook andere motieven hadden, waaronder economische en geopolitieke belangen, en racistische motieven. Adviseurs van president Nixon zagen drugscriminalisering als een strategie om politieke tegenstanders aan te pakken. Zo werd marihuana geassocieerd met Mexicaanse immigranten en cocaïne met de zwarte gemeenschap. Dit heeft geleid tot disproportionele bestraffing van bepaalde etnische groepen. Decorte concludeert dat de War on Drugs, in welke vorm dan ook, de zaken erger maakt: “die maakt de zaken eigenlijk alleen maar erger.”
Racisme als Onderstroom
Racisme speelt een belangrijke rol in de geschiedenis van het drugsbeleid. Adviseurs van president Nixon gaven aan dat het criminaliseren van drugs een doelbewuste strategie was om linkse activisten en de zwarte gemeenschap aan te pakken. “We konden natuurlijk niet de huidskleur criminaliseren…maar het was onze doelbewuste strategie om die groepen geassocieerd te krijgen”. Marihuana werd geassocieerd met Mexicaanse immigranten en cocaïne met de zwarte gemeenschap. Zelfs vandaag de dag zitten er nog steeds onevenredig veel mensen van de zwarte gemeenschap in de gevangenis op basis van drugsgerelateerde veroordelingen. Het associëren van drugs met bepaalde etnische gemeenschappen kan voor een stuk terecht zijn vanwege geografische redenen en aanvoerroutes. Echter, de drugshandel trekt mensen aan die economisch kwetsbaar zijn en gediscrimineerd worden. De georganiseerde misdaad rekruteert mensen in economisch kwetsbare posities om het vuile werk op te knappen.
De Paradox van Repressie
Er is een duidelijke correlatie tussen repressie en winstmarges in de drugshandel. Hoe meer iets in de illegaliteit wordt geduwd waar veel vraag naar is, hoe groter de winstmarges worden. Illegale producenten kunnen de risico’s van betrapping en straffen doorberekenen in de prijs. “Hoe repressiever je eigenlijk op het terrein optreedt en dus erin slaagt om af en toe een filière op te doeken of een netwerk te ontmantelen…hoe groter de winstmarge eigenlijk wordt”. De netwerken die overblijven, nemen grotere marktsegmenten in en berekenen de grotere risico’s door aan de consument. Deze paradox zorgt ervoor dat repressie de drugshandel winstgevender maakt en meer mensen aantrekt om erin te stappen.
Het Belgische Gedoogbeleid: Een Lege Doos?
Begin jaren 2000 werd in België het zogenaamde gedoogbeleid ingevoerd, maar cannabis is nooit gelegaliseerd. In 1996 en 1997 werd een parlementaire werkgroep rond drugsbeleid geïnstalleerd die adviseerde om een onderscheid te maken tussen cannabis en harddrugs. In 2003 en 2004 werd de drugswet aangepast en werd er een richtlijn uitgeschreven voor de parketten.
Deze richtlijn stelde dat als het om cannabis gaat en om een kleine hoeveelheid (maximaal 3 gram of één vrouwelijke plant), de parketten de laagste opsporingsprioriteit moesten geven. Bezit en teelt bleven strafbaar, maar parketten kregen de instructie om bij kleine hoeveelheden niet te vervolgen. De formulering was vaag en de prioriteit verschilde per gerechtelijk arrondissement.
Na deze richtlijn kwam er een discours van zero tolerance terug. In Antwerpen werd opnieuw een prioriteit gemaakt van de war on drugs. In de feiten is op sommige plaatsen een nultolerantie teruggekeerd, terwijl de wet niet is veranderd. De richtlijnen voor de parketten zijn vervangen door richtlijnen die eerder naar nultolerantie gaan.
Het gevolg is dat burgers niet weten hoe de wet in elkaar zit, wat leidt tot rechtsonzekerheid en rechtsongelijkheid. Als je van Oostende naar Aarlen rijdt met 3 gram cannabis, riskeer je in elk gerechtelijk arrondissement anders bejegend te worden.
Naar Rechtszekerheid: Legaliseren en Reguleren
Om de burger rechtszekerheid te bieden, is het de verantwoordelijkheid van de wetgever om duidelijke wetten te maken die voor elke burger begrijpelijk en kenbaar zijn. De wetgever moet een duidelijke keuze maken voor een criminaliserende aanpak, of voor legalisering en regulering. Een gedoogbeleid brengt per definitie een vage en onbegrijpelijke vorm van beleid met zich mee.
- Criminaliserende aanpak: Duidelijk strafbaar stellen en bestraffen, zodat het duidelijk is dat er een straf volgt.
- Legalisering en regulering: Het proces waarbij een aantal gedragingen uit het strafrecht worden gehaald en op een andere manier worden geregeld. De uitkomst is een set aan regels die het gedrag onder bepaalde omstandigheden wel toelaten.
Legalisering betekent niet per se commercialisering. Er zijn verschillende manieren van regulering mogelijk:
- Regulering zoals alcohol en tabak, met een commerciële markt.
- Restrictieve regulering, zoals tabak de laatste 20 jaar, met minder reclame en plain packaging.
- Een model zonder vrije commerciële markt, zoals in Uruguay, waar de productie mogelijk is via zelf kweken, cannabis social clubs (VZW’s) of apotheken.
Het is belangrijk om te onthouden dat bij legalisering de overheid beslist wie mag produceren en verkopen, waar het verkocht mag worden, hoe het verpakt moet worden en vanaf welke leeftijd het toegestaan is.
Decorte benadrukt dat het drugsbeleid moet worden afgerekend op de doelstellingen die eraan ten grondslag liggen. Deze doelstellingen zijn:
- Het minimaliseren van drugsgebruik: Er moet gestreefd worden naar een samenleving waar zo weinig mogelijk mensen drugs gebruiken.
- Schadebeperking: De mensen die toch drugs gebruiken moeten beschermd worden tegen fysieke, psychische schade, verslaving en overdosissen.
- Het verminderen van maatschappelijke overlast en criminaliteit: Het gebruik van middelen moet zo min mogelijk gepaard gaan met maatschappelijke overlast, onveiligheid en criminaliteit.
Decorte concludeert dat na tientallen jaren van het huidige drugsbeleid, er geen grip is op het fenomeen. Integendeel, het lijkt erger te worden, met stijgend gebruik, meer illegale producten, gevaarlijkere producten en een toenemende invloed van de georganiseerde misdaad. Hij stelt dat de “war on drugs” de zaken erger maakt, de georganiseerde misdaad beter georganiseerd en rijker maakt, en de producten gevaarlijker maakt. Daarom is het noodzakelijk om na te denken over radicale koerswijzigingen om meer controle te krijgen over het fenomeen.
Legalisering is Regulering
Legalisering is een juridisch proces waarbij gedragingen die voorheen strafbaar waren, uit het strafrecht worden gehaald. Het is de beslissing van de wetgever om bepaalde handelingen niet langer strafbaar te stellen en ze op een andere manier te regelen. De uitkomst van legalisering is regulering, een set van regels die het gedrag onder bepaalde voorwaarden toestaat.
De wetgever bepaalt wat wel en niet mag, en onder welke voorwaarden. Bijvoorbeeld, bij het legaliseren van cannabis beslist de overheid over de leeftijd waarop het toegestaan is, wie het mag produceren en verkopen, waar het verkocht mag worden en hoe het verpakt moet worden. Ook de prijs kan bepaald worden, in plaats van dat dit door de illegale economie wordt gedaan.
Er zijn verschillende manieren van regulering mogelijk:
- Regulering zoals alcohol en tabak, met een commerciële markt.
- Restrictieve regulering, zoals tabak de laatste 20 jaar, met minder reclame en plain packaging.
- Een model zonder vrije commerciële markt, zoals in Uruguay, waar de productie mogelijk is via zelf kweken, cannabis social clubs (VZW’s) of apotheken.
Het is belangrijk om te onthouden dat legalisering niet per se commercialisering betekent. Veel mensen associëren legalisering met een vrije commerciële markt zoals bij alcohol en tabak, maar er zijn ook andere modellen mogelijk. Tom Decorte benadrukt dat er een keuze is hoe je het gaat reguleren en dat er voorbeelden zijn van landen die een regulerend kader hebben uitgewerkt, zoals bepaalde staten in Amerika, Canada en Uruguay. Hij wijst erop dat je cannabis ook op een andere manier kunt reguleren, waarbij je niet een vrije commerciële markt zonder veel restricties laat ontstaan. Je kunt het bijvoorbeeld reguleren zoals tabak de laatste 20 jaar, met veel strengere regels.
De Korte is voorstander van een model waarbij de productie niet wordt overgelaten aan multinationals. Hij verwijst naar Uruguay, waar de cannabismarkt gereguleerd is zonder een commerciële markt te installeren. Daar is de productie mogelijk via zelf kweken, VZW’s (cannabis social clubs) of apotheken. Dit model is geïnspireerd op cannabis social clubs in Spanje.
Alternatieven voor Commercialisering
Tom de Korte benadrukt dat legalisering van cannabis niet automatisch hoeft te leiden tot commercialisering. Er zijn verschillende modellen voor regulering mogelijk die een vrije commerciële markt vermijden.
Modellen voor regulering zonder vrije commerciële markt:
- Restrictieve regulering zoals bij tabak: Een systeem met sterke beperkingen op reclame, verpakking en verkoop. Reclame voor cannabisproducten is verboden, producten zijn niet zichtbaar in de winkel en er is sprake van “plain packaging” met waarschuwingen.
- Het model van Uruguay: Productie is mogelijk via:
- Zelf kweken (maximaal zes planten).
- Cannabis social clubs (verenigingen zonder winstoogmerk).
- Apotheken (met producten van bedrijven met een licentie).
- Overheidsmonopolie: De overheid produceert de cannabis. Dit geeft maximale controle over de productie.
- Staatswinkels: De productie wordt overgelaten aan bedrijven, maar de distributie verloopt via staatswinkels, zoals in Scandinavië voor alcohol.
Argumenten tegen commercialisering:
- Historische lessen van alcohol en tabak laten zien dat een systeem met multinationals en weinig restricties leidt tot problemen. Het is moeilijk om de invloed van deze industrieën te weerstaan.
- Multinationals zijn uit op winstmaximalisatie en proberen nieuwe doelgroepen aan te boren.
Argumenten voor regulering (zelfs bij een commercieel model):
- De overheid kan met legale bedrijven aan tafel zitten om handelspraktijken te beperken.
- De overheid kan bedrijven verplichten producten uit de handel te halen, voorwaarden opleggen aan de productie en kwaliteitsgaranties eisen. Dit is niet mogelijk bij criminele ondernemers.
De Korte geeft aan dat de cannabisgebruiker tot nu toe niet gehoord is in het debat. Legale producenten zullen de markt bestuderen en monitoren, net zoals bij andere legale producten. Hij vindt dat elke vorm van legalisering ruimte moet laten voor persoonlijke teelt.
De Cannabisconsument Betrekken
Tom de Korte benadrukt dat de cannabisconsument tot nu toe niet gehoord is in het debat. Cannabisgebruikers zijn vaak weggezet als criminelen, en het is belangrijk om hen een stem te geven en naar hen te luisteren.
Betrekken van de cannabisconsument bij regulering is essentieel, en dit gebeurt deels automatisch wanneer een legale economie ontstaat. Legale producenten zullen de markt bestuderen en monitoren om aan de behoeften van de gebruikers te voldoen, net zoals bij andere legale producten.
De Korte vindt dat elke vorm van legalisering ruimte moet laten voor persoonlijke teelt. Consumenten moeten de mogelijkheid hebben om zelf cannabis te produceren voor eigen gebruik, zodat ze controle hebben over de kwaliteit en variant die ze gebruiken. In de meeste landen waar cannabis is gelegaliseerd, is er ruimte voor zelfproductie.
Cannabisgebruikers zijn in het verleden niet gehoord, zo blijkt ook uit de ervaringen met cannabis social clubs in België. Deze initiatieven, die een alternatief voor de zwarte markt wilden bieden, werden vaak bestraft in plaats van dat er een dialoog ontstond met de autoriteiten. Het is dus van belang dat de cannabisconsument in de toekomst een actievere rol speelt in het vormgeven van het beleid.